Prinses Julianakazerne

benoordenAan het (huidige) einde van de Wassenaarseweg werd in 1942-1943 een Polizeikazerne gebouwd naar ontwerp van de Duitse architect Karl Gonser in de stijl van de Stuttgarter Schule. In 1948 werd de naam officieel gewijzigd in Prinses Julianakazerne.

Prinses Julianakazerne
Prinses Julianakazerne

Boerderij Het Uilennest in 1939, een paar jaar voor de sloop.

Uilenest

Aan de rand van de landgoederen Oosterbeek en Clingendael stond de boerderij Het Uilennest. In 1939 stelde de gemeente voor deze omgeving een bestemmingsplan op dat voorzag in de bouw van de woonwijk Clingendael. Op de plaats van Het Uilennest had volgens dit oorspronkelijke bouwplan een flat met particuliere woningen of een gebouw voor huisvesting en verzorging van onvolledige gezinnen en/of alleenstaanden moeten komen. De boerderij werd door de Koninklijke Landmacht in 1939 tijdelijk in gebruik genomen als herstellingsoord voor paarden. De Tweede Wereldoorlog gooide echter roet in het eten.

De Julianakazerne vanuit de lucht gezien in 1955. Op de voorgrond de Seyss-Inquart bunker.

De oorlog

Gedurende het eerste jaar van de bezetting, die in mei 1940 begon, gaven de Duitsers het gebouw een zelfde bestemming als het Nederlandse leger door er een Wehrmacht Pferde-Lazarett te vestigen. Echter al in 1941 wilde de Duitsers er de huisvesting van een onderdeel van de Ordnungspolizei plaatsen. En het perceel rond het Uilennest aan de Thérèse Schwartzestraat was hier zeer geschikt voor.

Het terrein was namelijk perfect ontsloten door de ligging aan de Wassenaarseweg en de verbinding met de uitvalsweg richting Wassenaar en Leiden. Verder lag het perceel vlak bij het woonhuis (op Clingendael) van de Rijkscommissaris van Nederland Seyss-Inquart.

Tot in de jaren vijftig stond bij de ingang van het complex een houten wachthokje. Dit werd vervangen door een stenen wachtverblijf met een slagboom.Stuttgarter Schule

Voor het ontwerp werd de Duitse architect Karl Gonser gevraagd. Hij was tijdens de Duitse bezetting bij een groot aantal, overwegend militaire bouwprojecten in Nederland betrokken. Gonser was een aanhanger van de Stuttgarter Schule. Dit was een stroming die voortborduurde op de stijl van de traditionele Duitse plattelandsbebouwing zoals die met name was terug te vinden in boerenhoven en kasteelachtige behuizingen. En dit is te zien aan de kazerne.

Het terrein wordt langs de Thérèse Schwarzestraat omgeven door een gracht. De stenen bruggen over het water en de bastionvormige hoeken van de gemetselde grachtmuren geven het geheel een kasteelachtig, maar ook een boerderijachtig karakter.

De bouwwerkzaamheden werden in de eerste maanden van 1943 afgerond. Het hoofdgebouw werd gebruikt voor legerings- en kantoordoeleinden, het bijgebouw als stalling voor paarden, materieel en auto's.

Op 13 juli 1945 werd op de kazerne de Irenebrigade ontbonden. In het bijzijn van de ministers van Binnenlandse Zaken en van Oorlog en prins Bernhard, destijds bevelhebber der Nederlandse Strijdkrachten, vond hier een afscheidsceremonie plaats. De bouw verliep grotendeels buiten de gemeente 's-Gravenhage om. Zij werd als belanghebbende op de hoogte gehouden, maar op de besluitvorming kon zij geen enkele invloed uitoefenen. Op grond van het Landoorlogreglement was de Nederlandse overheid immers verplicht om de civiele instanties van de bezetter, en dus ook de politieorganisaties, huisvesting te verschaffen.

Aan het einde van de oorlog, begin mei 1945, werd het terrein voor de kazerne door de geallieerden gebruikt om voedselpakketten op te droppen. De Duitsers vertrokken een dag later.

Na de oorlog

Irenebrigade

De Irenebrigade was een Nederlands legeronderdeel dat voortkwam uit naar Engeland ontkomen Nederlanders. Ze speelde een rol bij de bevrijding van Nederland.

De Julianakazerne in de winter van 1960. Direct na de oorlog werd de stafcompagnie van deze brigade in de Polizeikaserne gelegerd. De naam werd in eerste instantie veranderd in Clingendaalkazerne, maar wijzigde kort daarom in Irenekazerne.

Op 13 juli 1945 werd op de kazerne de Irenebrigade ontbonden. Na het vertrek van de Irenebrigade melden zich twee gegadigden bij de minister. Zowel de generale staf als de koninklijke marine waren geïnteresseerd in het leegstaande pand. De generale staf won de strijd en mocht in het Duitse pand trekken.

Juliana

De Julianakazerne werd in de loop der jaren steeds meer een normaal kantoor.Sinds de negentiende eeuw werden Haagse kazernes naar een lid van het vorstenhuis vernoemd. Ook de naamgeving sinds 1948 van de Julianakazerne symboliseerde de historische band tussen de landmacht en het Huis van Oranje.

Hier ging echter de nodige discussie aan vooraf. De kazerne was immers door de bezettingsmacht gebouwd en sommige Nederlanders vonden het niet gepast om hieraan de naam van een lid van het Koninklijk Huis of een andere verdienstelijke Nederlander te verbinden. Uiteindelijk hakte de verantwoordelijke minister de knoop door.

In 1984 werd om de band met het Koninklijk huis nog meer te versterken de grote zaal op de begane grond herdoopt in Prins Bernhardzaal.

Een overbrugging tussen twee gebouwen.

Kazerne

In de navolgende jaren werden met name in het interieur bouwkundige aanpassingen doorgevoerd. Het stalgebouw werd intern ingrijpend gewijzigd ten behoeve van nieuw ingebrachte kantoorruimte.

In het interieur van het hoofdgebouw bleven het centrale trappenhuis en de voormalige kantine/toneelzaal (later de Prins Bernardzaal, nu het Bernhard loft) de meest authentieke ruimten.

Bijzonder is de geheel betonnen kapconstructie dat in haar opzet met hoofdgebinten bijna een versteende kopie lijkt te zijn van de opbouw van de houten kapconstructies van de grote boerenschuren.

De Julianakazerne gezien vanaf de Van Brienenlaan. Op de voorgrond is de slotgracht zichtbaar.In 1987 startte de laatste grote verbouwing waarbij praktisch het gehele interieur van de kazerne werd vernieuwd. Daarbij werd alles zoveel mogelijk aan de eisen des tijds aangepast, echter met behoud van de oude elementen. Hierdoorbleef het authentieke karakter van het gebouw zoveel mogelijk gespaard.

Reorganisatie

In het najaar van 2005 werd besloten veel onderdelen van de krijgsmacht buiten de Haagse regio te vestigen. Door dit soort reorganisaties binnen de landmacht en de Koninklijke Marechaussee kreeg de kazerne in de loop der jaren steeds meer het karakter van een directiekantoor. De laatste 'binnenslapers' van de stafcompagnie verhuisden al veel eerder in 1976 van de Prinses Julianakazerne naar de Alexanderkazerne in Den Haag.

De bunker bij de Julianakazerne was tijdens de oorlog beschadigd. Deze foto werd in 1947 gemaakt.Nog een Julianakazerne

Overigens was er in de stad nog een naar prinses Juliana vernoemde kazerne. Het ging hier om een noodgebouw dat in 1916 in de Bachmanstraat was opgetrokken voor de internering van Britse militairen. Zij waren tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) in het neutrale Nederland terechtgekomen. Rond 1923 werd deze kazerne afgebroken.

Bunker

Waarschijnlijk staat de grootste bunker van de Stützpunktgruppe Scheveningen in Clingendael. Deze reusachtige bunker (begin 1943 gereed) was ontworpen door het architectenechtpaar Gonser. Het lag op een steenworp afstand van het landgoed van Seyss-Inquart en vlakbij de kazerne. Het gebouw was zo groot dat zelfs bewapeningsminister Albert Speer zich met de bunker bemoeide. Hij noemde het buitenproportioneel groot.

De Seyss-Inquartbunker werd na de Tweede Wereldoorlog door het Nederlandse leger onder andere als communicatiecentrum gebruikt. Deze foto werd in 1957 gemaakt.Schijngebouw

De bunker was geheel opgenomen in een schijngebouw, met bakstenen muren en een hoogopgaand, met pannengedekt zadeldak. Op de camouflagemuur waren vensters geschilderd. Een spionagerapport van 30 maart 1945 beschreef 'de bunker der Rijkscommissaris' als goed gecamoufleerd. Hij leek op een noodkerk of ziekenhuis. In 1944 nam een Sonderkommando de hallen in gebruik voor de assemblage en opslag van V2-raketten, die hier later ook werden gelanceerd.

Exclusief de dubbele keuken van het type 645 aan de noordoostkant beslaat het omhulsel van de bunker een grondvlak van 60 x 30 meter. De bunker heeft een grondvlak van circa 50 x 20 meter, ongetwijfeld in meer dan één bouwlaag uitgevoerd. De nokhoogte van het zadeldak ligt circa 15 meter boven het maaiveld.

Na de oorlog onstonden vanaf 1948 spanningen in Europa als gevolg van de Russiche blokkade van Berlijn. Hierop werd besloten dat de bunker in crisissituaties als onderkomen zou dienen voor de Generale Staf. Dit is de reden dat de bunker nooit afgebroken werd. 

 

Op 26 maart 2015 organiseerden het Rijksvastgoedbedrijf en de gemeente Den Haag een voorlichtingsavond voor buurtbewoners van de Julianakazerne. De voormalige tv-presentatrice Violet Valkenburg leidde de avond in de Prins Bernhardzaal.Het park Oosterbeek ligt binnen de gemeente Wassenaar, maar de grond werd in 1953 gekocht door de Gemeente Den Haag. Daardoor ligt de bunker op Haagse grond binnen de gemeente Wassenaar en de Prinses Juliana Kazerne op volledig Haags grondgebied.

De toekomst

De Prinses Julianakazerne is niet meer in gebruik bij de landmacht en het Rijk heeft het pand in 2016 verkocht. De Haagse Stichting Maasbach Wereldzending wilde het pand graag overnemen om er hun hoofdkantoor te vestigen. De gemeente Den Haag zag hier echter niets in. Het complex werd in plaats daarvan omgebouwd naar herenhuizen en appartementen. De nieuwe naam is Julia's park.Op deze kaart zijn de gemeentegrenzen zichtbaar. De Julianakazerne (JK) staat in de gemeente Den Haag (D). De naastliggende bunker (B) bevindt zich echter in Wassenaar (W).De voormalige Julianakazerne in februari 2021. De foto werd gemaakt vanaf de Van Brienenlaan.Prins Bernhard hield op 13 juli 1945 een toespraak, waarin hij zijn waardering uitsprak voor het optreden van de Prinses Irene Brigade  tijdens de geallieerde opmars. Op deze dag werd de Brigade officieus ontbonden. Alle lopende zaken en ook de demobilisatie werden afgehandeld door plaatsvervangend brigadecommandant majoor Pahud de Mortanges.Een tussenverdieping in de grote hal van het hoofdgebouw.Toen het gebouw nog als kazerne gebruikt werd, hingen in de gang foto's van het militaire materieel.Op 17 april 1998 bezocht prins Willem-Alexander de kazerne voor de presentatie van het jubileumboek van de Nationale Reserve. Naast hem de bevelhebber der landstrijdkrachten, Maarten Schouten.Prinses Glimlach (Beatrix) ging in januari 1962 op bezoek bij de militairen van de Juliana Kazerne.De grote hal in 2005  met rechts een portret van de naamgever van de kazerne, Prinses Juliana.In 1987 startte een grote verbouwing waarbij praktisch het gehele interieur van de kazerne werd vernieuwd. Dit is de Prins Bernhardzaal in 1990.In de gang waren zitjes gemaakt die als een soort van wachtkamer fungeerden. Deze foto werd in 2015 gemaakt.Sinds 1987 werden het hoofd- en het bijgebouw aan de achterzijde door lelijke  nieuwbouw met elkaar verbonden.De Julianakazerne in 2016.De tuin van de Julianakazerne. Recht vooruit brandde het licht in de Prins Bernhardzaal.De kazerne is omsloten door groen. Om deze reden was dit volgens de gemeente Den Haag een mooie plek voor een zorgcentrum. Dit plan kwam echter nooit van de grond.Julia's park gezien vanuit het Seyss Inquart bunkerterrein. Op de voorgrond kleine eenpersoonsbunkers..

De  ingang van de Julianakazerne aan de Thérèse Schwartzestraat.De Seyss-Inquart bunker bij de Julianakazerne in juli 2014.De zolder van de Seyss-Inquart bunker.In Den Haag werd in 1952 een Sprookjestuin geopend.  Dit pretpark lag naast de  Julianakazerne.De boerderij het Uilennest werd in 1941 afgebroken. Het naastliggende wijk dankt zijn naam aan de boerderij.